Verhuisd
Het is niet meer hier te doen, maar op stijndm.be. Als je via RSS volgt pas dan zeker de feed aan naar de nieuwe locatie. Zodra ik tijd heb wordt blog.stijndm.be offline gehaald en zet ik redirects op naar stijndm.be.
Het is niet meer hier te doen, maar op stijndm.be. Als je via RSS volgt pas dan zeker de feed aan naar de nieuwe locatie. Zodra ik tijd heb wordt blog.stijndm.be offline gehaald en zet ik redirects op naar stijndm.be.
Wat een fijne afsluiter van een unieke ervaring. In zeven dagen helemaal rond de Mont Blanc. In totaal heb ik net geen 170 km gewandeld en kom ik uit op een 11300 hoogtemeters. Fysiek voel ik me nog prima, ik heb enkel wat last aan de voeten, maar eerder drukpijnen van het doorwandelen dan blaren of iets dergelijks, en dan wat stijve schouders van de rugzak. De voeten kan misschien wat verholpen worden door in de toekomst schoenen met extra demping aan te doen.
Om af te sluiten was het vandaag een tocht vanuit Tré-le-champ tot in Les Houches, waar we de auto achtergelaten hebben. Gisteren stond mijn vader mij op te wachten in Tré-le-champ waardoor we vandaag de laatste etappe samen konden aanzetten.
Als eerste is er de klim naar Tête aux Vents, wat relatief rustig start met een aangename klim door het bos. Na een 400-tal meter stijgen kom je dan aan de befaamde ladders die je omhoog moet. Eens boven is het voornamelijk een travers door het prachtig natuurgebied tot in La Flégère. We hadden nog steeds zonnig weer, maar de temperaturen waren toch goed gezakt.
Hierna kom je al snel in een omgeving dat duidelijk voorzien is als skigebied met grote brede jeepwegen, en hopen liften, waarvan een aantal actief waren om wandelaars op hoogte te brengen.
Tot in Planpraz hebben mijn vader en ik samen kunnen genieten van het mooie weer, de omgeving en de uitzichten. Het had niet gezelliger kunnen zijn. Tot hier was het ook relatief makkelijk en gewoon gezellig wandelen.
Vanuit Planpraz start dan de laatste klim van de tour, naar de top van Brévent. Het is hier dat mijn vader besliste dat het voor hem genoeg was. Hij zou vanuit Planpraz de lift naar Chamonix nemen en dan de laatste kilometers naar Les Houches te voet doen. Hij stelde ook voor om de tent mee te nemen zodat ik die niet nog een keer op en af moest nemen. Daar heb ik geen twee keer over moeten nadenken, al denk ik dat hij daar achteraf gezien misschien wat spijt van heeft. 😛
Zonder tent voelde ik me vederlicht en vloog ik naar boven richting Col du Brévent. Hierna is het opnieuw een stuk traverseren over de col. Het gaat over voornamelijk grijs rotsig gebied met wat klimmen en klauteren, waardoor ik door het ontbreken van een echt pad, af en toe te hoog zat en weer wat moest zakken.
Kort voor het einde zijn er nog wat ladders, en lopen de rotsen om in een zeer breed pad. Van hier is het nog even wandelen en dan kom je op de top samen met de mensen die de lift nemen. Het is dus een van de drukker toppen die ik gepasseerd ben. Wel met een prachtig uitzicht.
Na wat rondkijken op de top is het een zeer lange afdaling tot in Les Houches. Ik denk dat ik er een 4-tal uur over gedaan heb. Het eerste deel is makkelijk stappen door het natuurgebied, sommige stukken zijn zelfs aangelegd. Eens je hierdoor bent wordt het een stenig pad en later, vanaf de boomgrens, een bospad. Het is geen moeilijke afdaling, maar je mag er ook niet te licht over gaan. Genoeg opportuniteiten om voeten om te slaan, en ook hier zijn er soms stukken die extra gezekerd zijn met stangen, kettingen of tredes.
Het zal de komende week nog even moet doordringen wat ik gedaan heb. We zijn vertrokken met het idee om het in 8 a 9 dagen te doen, wat me toen al straf leek gezien de meeste gidsen over 9-11 dagen spreken. Zoveel verlof had ik niet dus het moest korter, maar dat het mij in zeven dagen zou lukken was zelfs niet in mij opgekomen. Er zijn stukken die ik graag nog eens opnieuw doe, en dan, door het nemen van varianten, zijn er stukken die ik nog niet gedaan heb. Daarnaast zijn er andere stemmen opgegaan die ook graag eens zouden meegaan. Redenen genoeg om nog eens terug te komen.
Ik denk dat vandaag de mooiste etappe was van de hele tour. Hetgeen dat nog moet komen zal serieus zijn best mogen doen.
De verwachtte en gevreesde storm is dan eindelijk gepasseerd de voorbij nacht. Deze ochtend was het nog aan het regenen dus heb ik het wat trager gedaan. Tegen dat ik opgeruimd en in gepakt had was het gedaan met regenen, al bleef er wel lange tijd wat nevel hangen.
De eerste etappe was 1000 meter omhoog naar de Fenêtre d’Arpette. Tot boven heb ik in of langs wolken gelopen, maar een aan de andere kant van de berg was het helemaal opengetrokken. De klim naar de fenêtre was zo eentje zoals het hoort te zijn in de bergen. Starten met een bos af, af en toe wat stenen en rotsen op, langzaam overgaan in voornamelijk stenen en rotsen op om dan te eindigen met echt klim en klouter werk op rotsblokken waar je ook je handen voor nodig hebt. Heerlijk, in zo een omgeving gaan de hoogtemeters vanzelf.
Enkel de laatste 100 meter gingen recht omhoog op een glibberig grindpad. Hier was het voet voor voet zetten om niet uit te glijden. Nu goed, uiteindelijk doe je daar ook minder dan een kwartier over en is het zo voorbij. Eens de top in zicht zag je de klimmer er allemaal op een rijtje zitten, een echt ontvangt committee. Toevallig was het een groepje Belgen die er via Anders Reizen samen zijn.
Na een korte snack pauze is het tijd om af te dalen tot aan de Refuge des Glacier. Dat afdalen begin even rotsig en stenig en maakt dan de omgekeerde beweging naar een bospad toe op het einde. De hele tijd loop je met de gletsjer links achter je en het geraas van de rivier in de vallei links van je. De refuge beneden was de ideale plek om even op adem te komen en iets te eten.
Na de middag ging het aan de overkant omhoog. Opnieuw langs een zeer mooi bospad. Eens op hoogte loop je de hele tijd langs reuzen graniet wanden tot je boven aan de Refuge Les Grands uitkomt.
Van hier kan je dan via een travers doorsteken naar Grand Col de Blame. Een zeer leuke travers die lichtjes op en neer gaat en afwisselt met paadjes en wat rots klauteren. Op de col was er enorm veel ijzige wind, dus daar heb ik maar net lang genoeg blijven hangen om water bij te tanken, en iemand de weg te wijzen.
Van de col was het dan 2 uur afdalen tot in Tré-le-champ. Ik ben via Le Tour afgedaald, wat een lang en saai afdaling door een skigebied is. Een beetje een blaam om een anders zeer mooi tocht vandaag.
Toen ik beneden kwam stond er nog een verrassing op mij te wachten. Mijn vader is me in de andere richting tegemoet gekomen. Hij heeft een nacht in de auberge geregeld met een uitgebreid avondmaal en een goed ontbijt morgen. Dan rest er mij enkel nog de keuze of ik het laatste stuk tot in Les Houches in 1 keer doe, of dat ik het nog in 2 splits en misschien nog een variant er bij gooi. Ik slaap er eens een nachtje over.
Over vandaag kan ik vrij kort zijn. Na een uurtje klimmen stond ik op de Grand Col Ferret naar Zwitserland te kijken. Van daaruit was het een lange lange afdaling tot in de vallei. Je passeert hier en daar wel wat moois, maar het is niet de meest spannende tocht.
Het eerste wat je tegenkomt eens je uit de alpenweides komt is La Fouly. Een klein dorpje waar je wat voorraden kan inslaan. Ik vond dat ik na 2 en half uur dalen een pauze had verdiend dus heb ik me in de lokale supermarkt een stuk watermeloen gekocht en mij daar even op het terras gezet.
Van hier wordt de tocht lichtjes interessanter met eerst een aangelegd trail dat verschillende dorpjes via de natuur verbindt om dan over te gaan in een bospad en singletrack door het bos. Ik hou van een goed singletrack door het bos, en dit was er zeker een. Op het einde van het pad kom je uit in Praz-de-Fort waar ik in het enige etablissement een goeie pasta heb gegeten. Zowel Paz-de-Prez als de daarop volgende dorpjes lijken meer op wereld erfgoed met hun typische grote houten huizen, boerderijen en schuren.
Na de lunch was het verder zetten richting Champex. Na nóg een korte daling gaat het door het bos weer een paar honderd meter omhoog waarna je plots in Champex-Lac staat. Het idee was om daar te kamperen, maar de camping op Google maps bestond niet dus heb ik verder aangezet naar de camping Relais d’Arpette. Dat heeft de tocht een uurtje langer gemaakt dan voorzien, maar de camping ligt op de route die ik morgen zou nemen, dus dat bespaart me morgen een uurtje klimmen.
Ondanks de lange afstand van vandaag, was het wel de meest ontspannen en minst lange dag tot nu toe. Morgen ga ik terug richting Frankrijk. Als het weer het toelaat via de Fenêtre d’Arpette en dan zo naar Col de Blame wat de grens met Frankrijk is. Tot daar alleen al is 1000 meter omhoog. Daarna afzakken via La Tour. Voorlopig heb ik veel geluk gehad met het weer met enkel ‘s avonds als de tent al op staat wat donder en regen. Het zou tot morgen 9u nog nat zijn en daarna weer zonnig, wat ideaal zou zijn om door te steken. 🤞
Vandaag was het doel om tot net voor de grens van Zwitserland te geraken. Ik heb aan de Camping de bus genomen naar Courmayeur waar de officiële tour door het centrum gaat. Ik zag ook mensen te voet tot Courmayeur gaan, maar zo langs een bergbaan wandelen met auto’s en bussen die soms al niet genoeg plaats hebben om te kruisen. Nee dank u. Op die paar kilometer zal het nu ook niet aankomen.
Vanuit Courmayeur gaat het recht omhoog, bijna 700 meter stijgen tot aan de Refugio Bertone. Het was een goed bewandeld pad, ik was alles behalve alleen. (En gelukkig maar of mijn buff lag nu nog ergens op dat bospad. Dank u lieve Italianen om het op te rapen en mee te nemen!)
Boven zag het er gezellig uit, maar ik had geen tijd te verliezen, want je kan vandaar de chill route nemen tot aan Refugio Bonatti of je kan de hoger gelegen scenische route nemen. Uiteraard wil ik hoger op lopen, maar man, steil dat dat was! Enfin, voor de middag had ik al 1100 meter gestegen. En dat was niet de laatste klim van de dag.
Het was op zich wel een mooie wandeling waar je het echte alpenweide gevoel krijgt. Je passeert ook kooien en paarden. Veel gras en een aantal stromen. Het viel wel op dat het er erg droog is met voornamelijk bruin gras. Frankrijk krijgt precies meer bergwater toegestuurd.
Na een tocht van bijna 6 uur heb ik halt gehouden aan Refugio Bonatti. Ik was er te laat voor nog een echte maaltijd, maar zo een sandwich met kaas en ham onder de gril smaakte ook.
Na de pauze was het aanzetten naar Refugio Elena. De laatste hut in Italië. Hiervoor volg je aanvankelijk een travers langs de flank door alpenheide met af en toe een beekoversteek, en op het einde zak je via een bospad af naar Val Vert. Op zich een hele mooie wandeling, maar gevoelsmatig een lange wandeling (ik heb er denk ik minder dan anderhalf uur over gedaan) omdat je de hele tijd uw eindbestemming in de ogen kijkt. En het was ook al weer een lang dag geweest.
Vanuit Val Vert klim je dan terug iets van een 250 meter tot aan Refugio Elena. Onderweg naar boven had ik al overwogen om in de refuge te overnachten, want kamperen mag er eigenlijk niet, maar toen ik aankwam was een deel volk volop bezig met tenten zetten. Ze hadden toestemming gekregen, dus heb ik maar aangesloten. Het voordeel van aan de refuge kamperen is dat ik nog even binnen kon opwarmen aan de bar voor ik terug de tent in moest.
Morgen steek ik over naar Zwitserland. Eerst een uurtje klimmen om de Grand Col Ferret over te steken en dan volg ik de oninteressante hoofdroute tot in Champex. Geen alternatieven dit keer. Het is vooral een daling met dan een wandeling door de vallei langs brede makkelijke paden en soms eens door een dorpje. Het zal deugd doen om aan een iets lager tempo te kunnen gaan. Er is ook wat twijfel over het weer, morgen of overmorgen wordt wat storm verwacht. Door laag te blijven kan ik in geval van nood de bus nemen tot in Champex.
(Door de roamingkosten in Zwitserland verwacht ik morgen geen post te schrijven. Die heb je overmorgen dan weer te goed.)
Het was een emotionele derde dag. We zijn gestart met de verdere klim naar Col du Bonhomme. Eens boven liet mijn vader weten dat hij gaat terug keren en ik de tour alleen verder moet zetten.
Een aantal jaar geleden heeft hij een diagnose van neuropathie in de benen gekregen. Concreet een aftakeling van de zenuwen. De TMB wandelen zou een laatste test zijn, en iets dat we samen konden doen, maar de pijn is te veel. Hij heeft altijd een liefde gehad voor de bergen, we hebben samen al twee pogingen gedaan om de top van de Mont Blanc te halen, en hij heeft een aantal van de seven summits gedaan (op z’n eentje naar de top van McKinley, goed zot 😅). Dat maakte het vandaag extra pijnlijk, en voor hem ook wat afscheid nemen van de bergen (of althans de avonturen in de bergen).
Na lang overleg en getwijfel, wat telefoontjes naar het thuisfront en aandringen van hemzelf heb ik uiteindelijk beslist om toch alleen verder te gaan. Ik vond het geen gemakkelijke beslissing. Voor mij ging het nooit om de volledige TMB uitwandelen, maar een laatste avontuur beleven met mijn vader. Eerlijk gezegd wist ik op voorhand dat het te veel zou zijn voor hem om alles te doen. Ik was uitgegaan van een paar dagen en dan terug keren. Maar ik doe hem wellicht meer plezier van door te gaan, dan van samen te stoppen.
Dus, hier lig ik dan, alleen in Italië. De tocht vandaag begon met een stevige klim naar de Col du Fours, om van daaruit via prachtige velden en vallei af te zakken tot Ville des Glacier. Hier was het dan een half uurtje omhoog tot aan de refuge Mottets.
Na een stevige pasta en een uurtje rust ben ik verder gegaan richting Col de la Seigne, wat de grens Frankrijk Italië is. Aan de andere kant was het afzakken tot in de vallei en via een lange brede jeepweg mij richting Courmayeur te begeven.
Omdat ik verderop in de vallei wou kamperen heb ik aan Lac de Combal de lange saaie asfaltweg moeten nemen. Gelukkig kon ik de laatste 3 km met de bus doen, die net aankwam toen ik de publieke weg op ging. Hierdoor mis ik nu wel een stukje van de officiële route net voor Courmayeur. Gelukkig zijn er nog toppen genoeg om te doen. 😅
Wellicht neem ik dan morgen opnieuw de bus van de camping tot in Courmayeur centrum om daar de route terug aan te vatten om net voor de grens van Zwitserland eindigen.